-’s Gravenhage- Het aantal zwangerschapsafbrekingen in Nederland is in 2024 vrijwel gelijk gebleven ten opzichte van 2023. In totaal werden er ruim 39.000 abortussen uitgevoerd, 106 meer dan het jaar ervoor. Dat blijkt uit de jaarrapportage ’Wet afbreking zwangerschap 2024’ van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ). Alle ziekenhuizen en abortusklinieken in Nederland hebben voor deze rapportage hun cijfers aangeleverd aan de inspectie.
De meeste zwangerschapsafbrekingen vonden plaats in de leeftijdscategorieën 30 tot en met 34 jaar en 25 tot en met 29 jaar. Iets meer dan de helft van de vrouwen was tussen de 5 en 6 weken zwanger op het moment van de ingreep. Het aantal abortussen bij tieners (tot 20 jaar) daalde vorig jaar met 76 naar ruim 2.800. Opvallend daarbij is de daling bij meisjes tot 15 jaar, in 2023 waren dit er nog 107, in 2024 daalde dit naar 65 meisjes.
Minder nacontroles
Sinds 2005 bleef het aantal abortussen in Nederland schommelen tussen de 30.000 en 33.000. De afgelopen 3 jaar is er sprake van een duidelijke stijging, tot ruim 39.000 in 2023 en 2024. Nagenoeg de helft van het aantal abortussen vond vorig jaar plaats bij vrouwen die wonen in de provincies Noord- en Zuid-Holland. In Nederland kunnen zwangerschappen worden afgebroken in 19 abortusklinieken en 77 ziekenhuizen. Meer dan 90% van de vrouwen ging voor een abortus naar een kliniek. Opvallend daarbij is dat steeds minder vrouwen een nacontrole krijgen in een kliniek: in 2023 kreeg bijna 10% van de vrouwen geen nacontrole, in 2024 is dit gestegen naar 20%.
In de wet is bepaald dat de data die de IGJ over dit onderwerp ontvangt, zich niet leent voor het leggen van verbanden tussen de cijfers. Hiermee wordt voorkomen dat te herleiden is dat een specifieke vrouw in een bepaalde kliniek een abortus heeft gehad. De IGJ kan daarom geen verklaring geven voor toe- of afnames van de cijfers op de verschillende onderdelen.
