Israëlische bezettingstroepen doden zes Palestijnen

Leestijd: 3 minuten
Dinsdag 28 september 2021 11:43 – Bron: TRF- Beeld: PB
 -Jeruzalem- Israëlische bezettingstroepen hebben op 26 september tijdens een militaire operatie op de bezette Westelijke Jordaanoever vijf Palestijnen gedood. Daarnaast raakten nog eens zes Palestijnen en twee Israëlische militairen zwaargewond. De operatie vond plaats in verschillende plekken op de Westelijke Jordaanoever, waaronder Burqin, Biddu, Beit Anan en Jenin, en was volgens het Israëlische leger gericht op het voorkomen van aanslagen die in de ‘nabije toekomst’ zouden worden uitgevoerd.

Lichamen van de Palestijnen vastgehouden
Drie van de gedode Palestijnen kwamen om in het dorp Beit Anan, ten noordwesten van Jeruzalem. Het Israëlische leger houdt hun lichamen vast, en weigert voorlopig de gedode mannen over te dragen aan hun families. De twee andere Palestijnen werden doodgeschoten in de stad Jenin. Eén van hen werd op zondag begraven, de ander wordt net als de in Beit Anan gedode Palestijnen door het Israëlische leger vastgehouden.

Hamas-strijders
Volgens Amnon Scheffler, een woordvoerder van het Israëlische leger, waren alle dodelijke slachtoffers Hamas-strijders. Dat werd deels bevestigd door de Izz ad-Din al-Qassam Brigades, de militaire tak van Hamas. In een verklaring zei de organisaties dat de drie mannen die werden gedood in Beit Anan Hamas-leden waren. Eén van de twee in Jenin gedode mannen, Osama Soboh, was lid van Islamic Jihad, zo meldde de organisatie in een verklaring. Volgens ooggetuigen zou Soboh meerdere keren beschoten zijn en door een jeep van het leger aangereden zijn, voordat zijn lichaam door de Israëlische autoriteiten werd meegenomen.

Arrestatiecampagne
Een dag na de geweldsuitbarsting startte het Israëlische leger een grootschalige arrestatiecampagne op de Westelijke Jordaanoever. Op 27 september arresteerden de Israëlische autoriteiten vijf Palestijnen uit Biddu, de geboorteplaats van de drie Palestijnen die in Beit Anan omkwamen. Nog eens twintig Palestijnen werden door de Shin Bet, Israëls veiligheidsdienst, opgeroepen voor verhoor. De plaatselijke Palestijnse bevolking verzette zich toen Israëlische troepen Biddu binnenvielen om de arrestaties uit te voeren. Het leger reageerde daarop met granaten en scherpe munitie.

Geweld op de Westelijke Jordaanoever
De vijf mannen waren niet de enige dodelijke slachtoffers afgelopen week. Op 24 september schoten Israëlische militairen een Palestijnse man dood bij een protest tegen de uitbreiding van een Israëlische kolonie (‘nederzetting’) in Beita. Familieleden van het slachtoffer identificeerden de man als de 27-jarige Mohammed Ali Khabisa, een jonge vader die probeerde het land van zijn familie en gemeenschap te beschermen. Nog eens acht Palestijnen raakten gewond nadat zij door met rubber beklegede kogels geraakt werden. Op Twitter vertellen Palestijnen die bij Mohammed waren toen hij omkwam hoe zij door een Israëlische scherpscutter onder vuur werden genomen terwijl zij op afstand van de protesten aan het uitrusten waren.

Beita is het toneel van voortdurende protesten nadat Israëlische kolonisten op 2 mei met hulp van het leger begonnen met de bouw van een nieuwe kolonie op land van een aantal Palestijnse dorpen. De kolonie, door de kolonisten Evyatar genoemd, is illegaal volgens zowel Israëlisch als internationaal recht.

Prominente Palestijnse politica en activiste Khalida Jarrar vrijgelaten

Israël heeft op 26 september de prominente Palestijnse politica en activiste Khalida Jarrar na twee jaar gevangenschap vrijgelaten. Jarrar heeft een leidende functie in het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP) en is lid van de Palestijnse Wetgevende Raad (PLC). Zij werd in oktober 2019 gearresteerd voor haar rol in de PFLP, slechts acht maanden nadat zij bijna twee jaar zonder aanklacht of proces was vastgehouden in administratieve detentie. Een Israëlische militaire rechtbank veroordeelde haar vervolgens tot twee jaar gevangenisstraf en een boete van 4.000 Shekel (ruim €1000) op basis van geheim bewijsmateriaal dat niet aan Jarrar of haar advocaat was getoond.

Eerder dit jaar wees de Israëlische regering het verzoek van Jarrar af om de begrafenis van haar oudste dochter Suha Jarrar bij te wonen nadat zij plotseling was overleden. Suha, een 31-jarige mensenrechtenverdediger en een onderzoeker bij Al-Haq, werkte samen met verschillende VN-organen en richtte zich op onderwerpen omtrent gender, klimaatverandering en mensenrechten. De Israëlische Gevangenisdienst weigerde Jarrar vrij te laten om de begrafenis van haar dochter bij te wonen omdat ze naar verluidt een ‘veiligheidsrisico’ vormde en een ‘[negatieve] leiderschapsrol’ binnen en buiten de gevangenis had. Na haar vrijlating bezocht Jarrar de begraafplaats in Ramallah waar Suha begraven ligt.