-Groningen- De rooms-katholieke gemeenschap in het noorden van het land, Groningen, Drenthe, Fryslan en de NO-polder is positief over de benoeming van Robert Prevost als de nieuwe Paus. De Amerikaan, die gekozen heeft voor de naam Leo XIV, wordt gezien als een verbinder, dat zegt de apostolisch administrator van het bisdom, pastoor Peter Wellen uit Hoogeveen.
De nieuwe Paus heeft zich in de maanden voor zijn benoeming tot Paus nog bemoeid met het bisdom Groningen-Leeuwarden. “Hij was hoofd van de bisschopsbenoemingen. Als het goed is, heeft hij een rol gespeeld in de voorbereiding voor de nieuwe bisschop voor Groningen-Leeuwarden”, zegt Wellen via lokale media. “Wij hopen dat die benoeming snel komt.”
De noordelijke rooms-katholieke diaspora zit al bijna een jaar zonder bisschop na het vertrek van Cor van den Hout als bisschop naar Roermond. Na het gissen naar wie wordt de nieuwe Paus, kan Noord-Nederland nu de hersenen laten kraken over de vraag: wie wordt de volgende bisschop?
Het bisdom GL (Latijn: Dioecesis Groningensis-Leovardiensis) is een van de zeven bisdommen van de Nederlandse katholieke kerkprovincie en werd heropgericht in 1956. Het omvat de provincies Groningen, Friesland en Drenthe en de Noordoostpolder. Het bisdom draagt zijn huidige dubbele naam sinds 26 november 2005. Tot die datum was het bisdom bekend als bisdom Groningen, zoals het door de meeste mensen nog steeds wordt genoemd. Patroon van het bisdom is Bonifatius.
Over het totale weekend gemeten (dus zaterdag en zondag inclusief dubbeltellingen van diegenen die op beide dagen naar de kerk gaan), is met bijna 10 % het weekendkerkbezoek van de katholieken in het bisdom Groningen-Leeuwarden het hoogste van alle Nederlandse bisdommen.
Bisschoppen van het Noordelijk bisdom
Bisschop Nierman
De heroprichter en eerste moderne bisschop was mgr. P.A. Nierman, tot dan toe pastoor en deken van Groningen. Hij was geen geleerde, maar een praktische zielzorger met een ruime ervaring als kapelaan en pastoor. Hij was een groot voorstander van oecumene en werkte samen met andere zielzorgers en andere christelijke kerken. In de jaren vijftig en zestig werden er veel moderne kerken in het bisdom gebouwd. Nierman reorganiseerde de kerkelijke structuren en stichtte een kleinseminarie, het Liudgerconvict in Harendermolen.
Bisschop Möller
De opvolger van Nierman als bisschop van Groningen in 1969 was mgr. Johann Bernard Wilhelm Maria Möller. Zijn episcopaat duurde dertig jaar. In deze periode werd ook het jonge bisdom Groningen getroffen door de kerkelijke crisis (door behoudende katholieken wel Tweede Beeldenstorm genoemd) die ontstond tijdens het Tweede Vaticaans Concilie. Het kerkbezoek liep sterk terug, de liturgie werd indringend gewijzigd en onder de geestelijkheid en de meer kerkbetrokken gelovigen stak de polarisatie de kop op. In 1969 werd het Liudgerconvict opgeheven; een jaar later verloor de Sint-Martinuskathedraal zijn functie, om ten slotte in 1982 plaats te maken voor de nieuwbouw van de universiteitsbibliotheek. Later werd de St Jozefkerk, van architect Cuypers, en veel meer dan de Sint Martinus een hoogtepunt in diens oeuvre, tot kathedraal verheven. De aimabele bisschop Möller had niet de mogelijkheid om iets aan de moeilijkheden van de katholieke Kerk te doen.
Bisschop Eijk
Toen monseigneur Wim Eijk op 6 november 1999 aantrad als opvolger van bisschop Möller, werd hij bijna onmiddellijk door de landelijke pers aangevallen op zijn standpunten ten aanzien van de seksuele moraal die extreem conservatief en onbuigzaam zouden zijn. Aanleiding was een aantal collegedictaten uit de jaren 90 die Eijk aan priesterstudenten had gegeven in de tijd dat hij moraaltheologie doceerde aan onder andere de seminaries van ’s-Hertogenbosch en Roermond, en die nu bij de kerkhistoricus Ton van Schaik waren terechtgekomen. Vooral de opmerkingen over homoseksualiteit die erin stonden, deden veel stof opwaaien; deze leverden de bisschop niet alleen een protest op van het COC, maar ook de ex-priester Herman Verbeek en de Acht-Mei-beweging uitten scherpe kritiek op Eijks denkbeelden. Van Schaik noemde de opvattingen van Eijk “onpastoraal en onbarmhartig”. “Dit zijn denkbeelden uit de jaren dertig, relicten uit een afgesloten verleden.”.
Op andere opmerkingen van Eijk reageerde het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap (NIK) pijnlijk getroffen: de bisschop zou hebben verklaard dat wat de katholieke Kerk de joden in de loop der eeuwen had aangedaan, vaak schromelijk overdreven werd. Een aangezegde strafvervolging wegens discriminatie werd echter niet ontvankelijk verklaard, omdat er volgens het OM geen opzet in het spel was en de dictaten evenmin voor de openbaarheid bestemd waren geweest.
In 2001 werd de bisschop getroffen door een hersenbloeding, en moest hij zijn bisdom lange tijd aan zijn beide vicarissen overlaten. Na deze moeilijke start werd tijdens het episcopaat van mgr. Eijk ook aan opbouw gedaan. Het aantal priesterwijdingen is de afgelopen jaren wat gestegen. Het aantal katholieken en het aantal kerkbezoekers (relatief het hoogste in Nederland) is in recente jaren echter verder afgenomen. Sommigen zijn van mening dat de benoeming van Willem Eijk als bisschop van Groningen-Leeuwarden het bisdom geen goed heeft gedaan: zo werd de rol van pastorale werkers teruggedrongen – maar analoog daaraan is de liturgische rol van leken in de gehele rooms-katholieke kerk minder prominent geworden. Anderen zijn juist van mening dat mgr. Eijk door krachtig bestuur, financiële reorganisatie en een focus op jongerenwerk het bisdom vruchtbaar heeft gehouden voor de toekomst. Het beleid van het bisdom werd traditioneler ten koste van sommige gebruiken die in Nederland in de jaren zestig en zeventig van de twintigste eeuw ontstonden.
Op 11 december 2007 werd bisschop Eijk benoemd tot aartsbisschop van Utrecht. De leiding over het bisdom Groningen bleef hij nog waarnemen tot september 2008. Ook verscheidene andere hogere functionarissen zijn naar het aartsbisdom of andere bisdommen overgeplaatst, wat de toch al kleine staf nog verder heeft gereduceerd. Het bisdom heeft twee vicarissen-generaal: P. Wellen, pastoor van het parochieverband Hoogeveen, Meppel en Beilen en A. Bultsma, pastoor te Bolsward.
Bisschop De Korte
Op 13 september 2008 werd Eijk als bisschop van Groningen opgevolgd door Gerard de Korte, die daarvoor hulpbisschop was van het aartsbisdom Utrecht. Mgr. de Korte werd door de omstandigheden gedwongen om in het bisdom grootschalige reorganisaties door te voeren, waaronder het fuseren van 81 parochies tot 19 nieuwe. Desondanks was De Korte in het bisdom geliefd, wat bleek uit de reacties in de pers toen op zaterdag 5 maart 2016 bekend werd dat hij door Paus Franciscus was benoemd tot bisschop van Den Bosch. In april 2016 nam De Korte afscheid van Groningen-Leeuwarden; hij werd op 14 mei 2016 geïnstalleerd als bisschop van Den Bosch.
Bisschop Van den Hout
Na de aanstelling van bisschop De Korte in het bisdom ‘s-Hertogenbosch was de zetel van het noordelijke bisdom ongeveer een jaar onbezet. Pastoor Peter Wellen, kreeg tijdelijk de leiding, als diocesaan administrator. Het kapittel van het bisdom en de aartsbisschop van Utrecht, Wim Eijk, waren het oneens over de opvolging. Uiteindelijk moest de Pauselijk nuntius in Nederland een besluit nemen en een voordracht opmaken. Op 1 april 2017 werd Ron van den Hout, vicaris-generaal van het bisdom ‘s-Hertogenbosch, benoemd tot bisschop van Groningen-Leeuwarden. Zijn bisschopswijding vond plaats op 3 juni 2017.
Van den Hout werd op 21 juni 2024 benoemd als bisschop van Roermond. Op 15 augustus 2024 heeft Van den Hout met een viering in de Groningse kathedraal afscheid genomen van het bisdom Groningen-Leeuwarden.