Bisschoppen: Slachtoffers van massamoorden uit 1945 verdienen alsnog een waardige begrafenis

Leestijd: 2 minuten

Donderdag 22 mei 2025 – 10:13 uur – Bron: Redactie Kerk/ADN/KNA/ARD – Beeld: MB

-Ljubljana- De rooms-katholieke bisschoppen van Slovenië roepen op tot een waardige begrafenis van de slachtoffers van de buitengerechtelijke massa-executies die aan het einde van de Tweede Wereldoorlog werden gepleegd en tot een onafhankelijk historisch onderzoek.

De onbegraven slachtoffers vormen “een pijnlijke nationale wond”, aldus een verklaring van de Bisschoppenconferentie die gisteren werd gepubliceerd, 80 jaar na de gebeurtenissen van 1945. De oorlog bracht “onmetelijk lijden” over de bevolking. Elk slachtoffer, “ongeacht nationaliteit, politieke overtuiging, religie of wat dan ook”, heeft recht op een waardig graf. “De doden mogen geen slachtoffer zijn van verschillende interpretaties van het verleden of gijzelaars van actuele ideologische conflicten”, aldus de Sloveense bisschoppen.

De bisschoppen denken bijvoorbeeld aan de slachtoffers van de massa-executies die door de communistische Tito-partizanen werden uitgevoerd in bijvoorbeeld de grotten van Macesnova Gorica. Het is “onacceptabel” dat de slachtoffers die uit het massagraf onder het Macesnova-gebergte zijn opgegraven, nog steeds niet begraven zijn. De Bisschoppenconferentie stelt de Centrale Begraafplaats in Ljubljana voor als een geschikte permanente begraafplaats. Op deze manier zouden de gewelddadig vermoorde slachtoffers ook ‘bevrijd worden van het stigma van verraad’.

Oorlogsmisdaden en massale executies zijn in Slovenië pas sinds een paar jaar bespreekbaar en wetenschappelijk vastgelegd. Inmiddels zijn er ongeveer 700 massagraven geregistreerd, gemarkeerd en onderzocht. Naar schatting liggen hier tienduizenden slachtoffers. De stoffelijke overschotten van meer dan 3.000 slachtoffers van de massamoorden in de bossen rond Kocevje, die de afgelopen jaren door archeologen zijn gevonden en sindsdien in de kelders van de gemeente waren opgeslagen, zijn enkele weken geleden tijdelijk overgebracht naar een ossuarium (knekelhuis -red.) dat in 2009 is gebouwd in Škofja Loka. De locatie voor een permanente begrafenis van slachtoffers van de oorlog en de naoorlogse moordpartijen blijft echter controversieel onder Sloveense politici.

Bisschoppen: “verzoening en niet langer zwijgen”.

De bisschoppen wensen in de basis “een verzoening, hetgeen niet betekent vergeten of zwijgen, maar dat wij oprecht streven naar de alomvattende waarheid die elke vorm van lijden erkent zonder de geschiedenis te verdraaien”, zo staat verder in de verklaring. Zij achten hiervoor onder meer een sociale dialoog noodzakelijk ‘gebaseerd op waarheid en mededogen, die schuld en verdeeldheid overwint’.

De verantwoordelijken in de samenleving “en alle burgers” moeten zich inzetten “voor een duidelijke en eerlijke erkenning van alle vormen van geweld en de veroordeling van criminele, buitengerechtelijke executies – ongeacht wie ze heeft gepleegd”, aldus de bisschoppen. Ook pleiten zij voor de bevordering van onafhankelijk historisch onderzoek, educatieve maatregelen voor vrede, respect voor de menselijke waardigheid en de nationale cohesie, maar ook voor concrete daden van verzoening, zoals gezamenlijke herdenkingen.

De slachtoffers van de massa-executies, die meestal zonder enige juridische procedure plaatsvonden, waren voornamelijk Duitse soldaten en Kroatische, Sloveense en Servische eenheden in uniform die aan de zijde van nazi-Duitsland vochten. Er vielen ook talloze burgerslachtoffers, zelfs kinderen. Zij werden doorgaans beschuldigd van verraad en collaboratie. Hieronder vielen ook de leden van de Duitstalige minderheden (“Volksdeutsche”) in het gebied van het voormalige Joegoslavië.