-’s Hertogenbosch- Nu het nieuwe schooljaar in veel delen van de wereld begint, ondervinden in crisislanden zoals Burkina Faso, Nigeria, Syrië, Libanon en andere, duizenden kinderen aanzienlijke obstakels bij de terugkeer naar school. Voor velen van hen is onderwijs mogelijk dankzij de steun van de pauselijke stichting Kerk in Nood (ACN).
In het schooljaar 2024-2025 ontvingen 3.895 leraren salarissen dankzij ACN en ontvingen 12.373 studenten uit acht landen een beurs van de stichting. Deze hulp dient niet alleen ter bevordering van het onderwijs, maar maakt ook deel uit van de dringende inspanningen om christelijke gezinnen te helpen in hun thuisland te blijven ondanks vervolging, ontheemding en zelfs de dreiging van uitsterven.
Toevluchtsoord
In deze contexten is een school meer dan een leerplek: het is een toevluchtsoord, een teken van stabiliteit, een manier om de lokale kerk te ondersteunen. De kerk draagt de immense verantwoordelijkheid om de continuïteit van het onderwijs te waarborgen en een reden tot hoop te bieden, zodat christelijke gemeenschappen kunnen overleven en herstellen op plaatsen waar hun toekomst wordt bedreigd.
Ondersteunt studenten op scholen in het Midden-Oosten
De steun van ACN kent vele vormen. Projecten omvatten onder meer de levering van materialen, zoals computers en printers, aan de Christ the King basisschool in het bisdom Yei (Zuid-Soedan). Het omvat ook de bouw van schoolgebouwen in plaatsen zoals Erbil (Irak) en voor ontheemde christenen in Burkina Faso.
Scholen in Pakistan kregen zonnepanelen om zelfvoorzienend te worden en de energiekosten te verlagen. ACN droeg ook bij aan de financiering van een programma om kinderen die om verschillende redenen van school waren gestuurd, te helpen weer naar school te gaan.
Er waren ook specifieke projecten voor vluchtelingen, zoals de 200 Iraakse studenten die hun opleiding in Jordanië konden voortzetten dankzij de financiële steun aan het Messengers of Peace Center in de wijk Marka in Amman.
Syrië
Syrië is een van de landen waar ACN de meeste projecten heeft ondersteund, waaronder noodhulp waarmee meer dan twintig scholen konden blijven draaien en honderden leraren hun salaris konden blijven ontvangen. Het is vermeldenswaard dat deze financiering oecumenisch van aard is, aangezien het verschillende scholen van de Orthodoxe Kerk omvat.
Duizenden studenten geholpen in Libanon
Libanon
Libanon is een voorbeeld van de inzet van ACN voor christelijke scholen. Het land heeft de afgelopen tien jaar te kampen gehad met enorme instabiliteit als gevolg van een verwoestende financiële crisis en aanhoudende politieke en sociale onzekerheid. Factoren zoals de explosie in de haven van Beiroet in 2020, die een hele wijk in de hoofdstad verwoestte, en de vele conflicten met Israël hebben ook een aanzienlijke impact gehad.
Zonder de steun van ACN hadden veel gezinnen het schoolgeld, de schoolkosten en de salarissen van leraren niet kunnen betalen. In totaal biedt de pauselijke stichting directe financiële steun aan 191 scholen in Libanon, waar meer dan 170.000 leerlingen onderwijs volgen. Meer dan 11.000 mensen, inclusief leerkrachten en leerlingen, ontvangen directe steun van Kerk in Nood.
Gestopt
Volgens cijfers waarover de stichting beschikt, zijn naar schatting meer dan 17.000 leerlingen de afgelopen jaren gestopt met christelijke scholen vanwege de instabiliteit in het land. Velen van hen zijn overgestapt naar openbare scholen omdat ze het schoolgeld op particuliere christelijke scholen niet meer konden betalen, maar een groot deel verliet het land met hun familie. De steun van de stichting speelt een belangrijke rol bij het stoppen van de uittocht van christenen uit Libanon.
Streven naar meer in Irak
Hoewel de meeste onderwijsactiviteiten van ACN gericht zijn op kinderen, heeft de pauselijke stichting ook veel universiteitsstudenten geholpen hun studie af te ronden. De steun aan de Katholieke Universiteit van Erbil bijvoorbeeld, heeft de kerk in staat gesteld een broodnodige, hoogwaardige dienstverlening te bieden. We mogen niet vergeten dat Irak nog steeds herstelt van jaren van ontberingen, bloedvergieten en vervolging.
Bijna 300 studenten aan de Katholieke Universiteit van Erbil ontvangen een ACN-beurs. De studentenpopulatie is overwegend christelijk, maar ook multi-etnisch en multireligieus. Dit omvat studenten uit de overwegend islamitische bevolking, maar ook uit andere minderheden, zoals de zwaar vervolgde jezidi’s.
Nu scholen en universiteiten op het noordelijk halfrond aan een nieuw schooljaar beginnen, blijft ACN zich inzetten om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk jongeren kwalitatief goed onderwijs krijgen. Deze inzet strekt zich met name uit tot landen die getroffen zijn door noodsituaties zoals armoede, vervolging, instabiliteit en oorlog, met speciale aandacht voor bedreigde christelijke gemeenschappen.
