Synodetheoloog: Kerkelijk seksuele leer ‘op sterven na dood’

Leestijd: 3 minuten
Dinsdag 22 februari 2022 13:44 – Bron: Redactie kerk/Herder – Beeld: PB
 -Mainz- De Duitse publicist en moraaltheoloog Stephan Goertz  zegt dat de traditionele Katholieke seksuele moraal ‘op sterven na dood is’. In een artikel in het maartnummer van de ‘Herder Korrespondenz’ schrijft Goertz dat de opvatting van het kerkelijk leergezag, dat seksualiteit “alleen moreel legitiem kan worden beoordeeld in de context van het man-vrouw-huwelijk” en “pathologiserende vormen die hiervan afwijken” ten dode is opgeschreven.

“Een leerstellige structuur is ingestort waarin bijna niemand zich moreel meer thuis voelt”, zegt de moraaltheoloog. De goedkeuring van talrijke hooggeplaatste kerkvertegenwoordigers, zoals kardinalen, bisschoppen en vicarissen-generaal, met de eisen van de coming-out-campagne ‘#OutInChurch’ zou een afwending van de vorige doctrine in de kerk in Duitsland zijn.

Coming out

Eind januari verklaarden 125 fulltime en vrijwillige Duitse kerkelijk werkers publiekelijk hun ‘coming-out’ als homo. Vorige week riepen elf vicaris-generaals op tot een wijziging van de kerkelijke arbeidswetgeving op dit gebied, nadat verschillende bisdommen eerder hadden aangekondigd geen homo-medewerkers meer te zullen ontslaan wegens schendingen van de seksuele moraal van de kerk. Hiermee lopen deze bisdommen tevens vooruit op nieuwe wetgeving van het nieuwe kabinet Scholz, dat ontslag op grond van seksuele voorkeur wil verbieden. Duitsland kent op dit punt al een verbod, maar de beide grote volkskerken zijn hiervan nog steeds vrijgesteld.

De bisschoppen die “#OutInChurch” steunen, spreken zich openlijk uit tegen de leer van de kerk dat homoseksualiteit als oriëntatie een ‘objectieve stoornis’ is, als gedrag een ‘ernstige zonde’ en wanneer twee mensen van hetzelfde geslacht, in een relatie samenleven, tegen het ‘plan Gods’ is,” vervolgt Goertz.

Imploderende doctrine

Tijdens de pontificaten van Paus Johannes Paulus II en Paus Benedictus XVI heeft de Duitse Bisschoppenconferentie zich steeds onderworpen aan de verdediging van de seksuele leerstellingen van de Kerk van Rome. Maar onder Paus Franciscus voelen de bisschoppen zich vrij om zich uit te spreken als zij het niet eens zijn met de officiële leer van de kerk. Het blijft echter ongewis hoeveel van de Duitse diocesane bisschoppen ook uitvoering zullen geven aan de hervorming van het arbeidsrecht. Het is wel stiller geworden rond degenen die aan de imploderende doctrine blijven vasthouden, zowel theologen als bisschoppen. Sommigen zouden hun eigen marginalisering uitdagend interpreteren als bewijs van de waarheid van de leer van de kerk.

Eigen Duitse weg

Goertz had echter ook kritiek op de hervormingsvriendelijke theologie tijdens de Synodale Weg: de ontwikkelingen binnen de kerk rond het coming-out-initiatief waren theologisch voorbereid, maar theologen moeten erkennen “dat nota’s en rapporten als zodanig nog geen dynamiek ontwikkelen die de praktijk onmiddellijk verandert”. Theologie speelt een bescheidener rol in hervormingsprocessen dan veel theologen denken. Voor de implementatie van de in Duitsland geplande hervormingen in de wereldkerk, zal het cruciaal zijn om de beschuldiging te weerleggen dat “de nieuwe manier van omgaan met seksuele minderheden een eigen Duitse weg is”. Op dit punt zijn harde en langdurige geschillen te verwachten, die voeding kunnen geven aan een schisma.

Nieuwe seksuele ethiek

Ook de Duitse moraaltheoloog Johannes Brantl waarschuwt in het huidige nummer van de ‘Herder-Korrepondenz’ om na te denken over de consequenties van de gewenste ‘nieuwe seksuele ethiek’: op deze manier wordt de seksuele moraal van de kerk “omgevormd tot een totaal gebrek aan profiel”. Het instellen van een zegeningsceremonie voor homoseksuele stellen leidt uiteindelijk tot een kerkelijk huwelijk voor iedereen. De reden is een te verwachten beschuldiging van discriminatie die snel intreedt na een overeenkomstige hervorming, en volledige gelijkheid zal eisen voor homoparen in de kerk en dus ook in het huwelijk.

Brantl bekritiseert ook de “willekeurige grenzen” bij het opheffen van de traditionele leerstelling van het huwelijk van de kerk. Als afstand wordt gedaan van de Bijbelse kenmerken van het andere geslacht van de echtgenoten, zal het niet langer mogelijk zijn te rechtvaardigen waarom de kerk erkenning en respect voor polyamoreuze relaties en andere neoseksualiteit kan weigeren. In het geval van de Synodale Weg wordt alleen gesproken over paren die de kerk kan zegenen, maar dit is niet langer een natuurlijke beperking wanneer de hervormingen worden doorgevoerd.  Doorslaggevend is wat op lange termijn leidt tot een toename van het geloof.