Generatieve AI zoals ChatGPT neemt ons vermoeiende denkprocessen uit handen. Maar of het ons daardoor ook dom maakt? Volgens hoogleraar Informatiesystemen Aaron French heeft dat vooral te maken met hoe we de technologie gebruiken.
In 2008 verscheen in de Amerikaanse krant The Atlantic een controversieel artikel: ‘Maakt Google ons dom?’
In het essay van vierduizend woorden, dat later werd uitgewerkt tot een boek, betoogt auteur Nicholas Carr dat dat het geval is. Technologieën zoals zoekmachines tasten het vermogen aan om diep na te denken en kennis te onthouden, argumenteerde hij.
Carrs bezorgdheid kwam vooral voort uit het idee dat mensen niet langer feiten hoefden te onthouden of te leren, omdat ze die voortaan gewoon online konden opzoeken. Daar zit misschien wel een kern van waarheid in, maar zoekmachines vereisen nog altijd dat gebruikers kritisch denken om de zoekresultaten te interpreteren en te contextualiseren.
Generatieve AI
We spoelen even vooruit naar vandaag, nu een nog veel meer ingrijpende technologische revolutie plaatsvindt. Met generatieve AI-tools zoals ChatGPT besteden we niet alleen de geheugenfunctie uit aan het internet, maar mogelijk ook het denken zelf.
Generatieve AI-tools doen immers veel meer dan alleen informatie ophalen: ze kunnen die ook zelf creëren, analyseren en samenvatten. Dat is een fundamentele verschuiving: generatieve AI is de eerste technologie die het menselijk denken en creativiteit zou kunnen vervangen.
Dat roept de vraag op: maakt ChatGPT ons dom?
Als hoogleraar Informatiesystemen met meer dan twintig jaar ervaring met AI, heb ik die transformatie van dichtbij meegemaakt. Aangezien steeds meer mensen cognitieve taken aan AI delegeren, is het de moeite waard om te overwegen wat we er precies mee winnen en wat we dreigen te verliezen.
Generatieve AI verandert ingrijpend de manier waarop mensen toegang krijgen tot informatie en ze die verwerken. Voor velen vervangt het de noodzaak om bronnen te doorzoeken, standpunten te vergelijken en te worstelen met ambiguïteit.
AI geeft binnen enkele seconden duidelijke, gepolijste antwoorden. Die resultaten zijn al dan niet accuraat, maar ze zijn onmiskenbaar efficiënt. Dit leidt al tot grote veranderingen in hoe we werken en denken.
Maar: dat gemak kan een prijs hebben. Als mensen op AI vertrouwen om taken uit te voeren en voor hen na te denken, kan dat hun eigen vermogen aantasten om kritisch te denken, complexe problemen op te lossen en zich diepgaand met informatie bezig te houden.
Er is nog maar beperkt onderzoek naar gedaan, maar passief content consumeren die door AI is gegenereerd kan intellectuele nieuwsgierigheid ontmoedigen, de aandachtsspanne verkorten en een afhankelijkheid creëren die de cognitieve ontwikkeling op de lange termijn beperkt.
Het Dunning-Krugereffect
Om dat risico beter te begrijpen, is het Dunning-Krugereffect bekijken een goed idee. Dit is het fenomeen waarbij mensen die het minst deskundig en competent zijn, vaak het meest vertrouwen in hun eigen kunnen omdat ze ‘niet weten wat ze niet weten’. Meer competente mensen daarentegen hebben vaak minder vertrouwen, omdat ze zich beter bewust zijn van de complexiteiten die ze nog moeten leren beheersen.
Dat principe kan worden toegepast op generatief AI-gebruik. Sommige gebruikers vertrouwen op tools zoals ChatGPT om hun cognitieve inspanning te verminderen – anderen gebruiken het net om hun vaardigheden te verbeteren.
In het eerste geval kunnen ze ten onrechte denken een onderwerp echt te begrijpen, omdat ze door AI gegenereerde content kunnen herhalen. Op die manier kan AI het beeld van de eigen intelligentie kunstmatig oppompen, en tegelijk de cognitieve inspanning verminderen.
Dat creëert dus een tweedeling in hoe mensen AI gebruiken. Sommigen gebruiken AI als vervanging voor creativiteit en denken. Anderen gebruiken het om hun bestaande cognitieve vermogens te verbeteren.
Met andere woorden, het gaat er niet om òf iemand generatieve AI gebruikt, maar hoe. Bij onkritisch gebruik kan ChatGPT leiden tot intellectuele zelfgenoegzaamheid. Gebruikers accepteren de resultaten ervan mogelijk zonder de aannames in twijfel te trekken, alternatieve standpunten te zoeken of een diepere analyse te maken.
Maar wanneer het als hulpmiddel wordt gebruikt, kan het een krachtig instrument worden om nieuwsgierigheid te stimuleren, ideeën te genereren, complexe onderwerpen te verduidelijken en een intellectuele dialoog op gang te brengen.
Of ChatGPT ons dom maakt of onze mogelijkheden vergroot, ligt dus aan hoe we het gebruiken. Generatieve AI zou gebruikt moeten worden om de menselijke intelligentie te versterken, niet om ze te vervangen. ChatGPT zou gebruikt moeten worden om onderzoek te ondersteunen, in plaats van het in te korten. AI-reacties zouden beschouwd moeten worden als het begin van het denken, niet als het einde.
AI, denken en de toekomst van werk
Het massale succes van generatieve AI – ChatGPT bereikte binnen twee maanden na de release 100 miljoen gebruikers – brengt ons op een kruispunt. Eén pad leidt naar intellectuele achteruitgang: een wereld waarin we AI het denken voor ons laten doen. Het andere pad biedt een kans: onze denkkracht vergroten door samen te werken met AI en de kracht ervan te benutten om onze eigen denkkracht te versterken.
Er wordt vaak gezegd dat ‘AI je baan niet zal overnemen, maar iemand die AI gebruikt wel’. Maar het lijkt me duidelijk dat mensen die AI gebruiken om hun eigen cognitieve vermogens te vervangen, het makkelijkste te vervangen zullen zijn.
Het zijn eerder de andere AI-gebruikers die succesvol zullen zijn, door samen te werken met AI om resultaten te produceren die geen van beiden alleen zou kunnen bereiken. Dit is waar de toekomst van werk uiteindelijk naartoe zal gaan.
Dit essay begon met de vraag of ChatGPT ons dom zal maken, maar ik wil graag eindigen met een andere vraag: hoe gaan we ChatGPT gebruiken om ons slimmer te maken? De antwoorden op beide vragen hangen niet af van de tool, maar van de gebruikers.
–
Deze opinie is oorspronkelijk verschenen bij MariaBode-partner The Conversation.