Oostenrijke partij klaagt Paus Franciscus wegens homofobie aan

“Homoseksualiteit een verkeerde en zondige manier van leven noemen, schendt naar onze mening de menselijke waardigheid, omdat het homoseksuelen als inferieur afschildert en hen het recht ontneemt om als gelijkwaardige burgers te leven”, aldus een verklaring van piratenpoliticus Peter Postmann. Hij deed gisteren aangifte namens zijn partij. Postmann vat de Pauselijke oproep om “de wil van God te begrijpen, deze volledig te vervullen en zich door zijn liefdesplan te laten veranderen” op als een oproep tot geweld, omdat deze oproept tot bekeringstherapieën.

Neen

Al in het voorjaar vroeg de partij het Ministerie voor Cultuur, dat deel uitmaakt van de Oostenrijkse Bondskanselarij, om de verenigbaarheid van uitspraken van Paus Franciscus met de Oostenrijkse wetgeving voor religieuze gemeenschappen te onderzoeken. Het ging specifiek over  een antwoord van de Congregatie voor de Geloofsleer, gepubliceerd door het Vaticaanse Persbureau op 15 maart, op de vraag: “Heeft de Kerk een volmacht om verbintenissen van mensen van hetzelfde geslacht te zegenen?” De Congregatie voor de Geloofsleer beantwoordde deze vraag met “neen”. Het schrijven leidde tot een storm van kritiek en vele discussies.

Haatzaaien

Volgens Postmann “weigerde het ministerie van cultuur echter te helpen” en kondigde het na acht maanden aan dat de Katholieke Kerk als historisch erkend wordt gezien, niet op basis van een geldende wet, maar op basis van het Staatskerkverdrag. Volgens dit verdrag moeten religieuze gemeenschappen “de rechten en vrijheden van anderen” respecteren. Op basis van het antwoord van het ministerie is nu een aanklacht  ingediend bij de Officier van justitie op verdenking van haatzaaien, aldus Postmann.

“Het gaat ons om de dialoog en om het testen van de deels middeleeuwse dogma’s op verenigbaarheid met een moderne samenleving”, kondigt de Piratenpartij aan. “De vele regenboogvlaggen op Oostenrijkse Kerken en in parochies, die ondanks het verbod toch homoseksuele stellen hebben gezegend en actief hebben gewerkt aan een inclusieve samenleving, zijn een sterk, moedig en duidelijk teken dat wij zeer welkom zijn”, aldus de aanklacht. Een uitspraak over een eventuele strafrechtelijke vervolging wordt medio februari verwacht.