Tijdens de coronapandemie overleden meer mensen dan voor de pandemie werd verwacht. Deze toename in sterfte zorgde voor een lagere levensverwachting. Sinds 2022 neemt de levensverwachting weer toe, maar het herstel gaat langzamer dan gedacht. Daarom is de prognose nu naar beneden bijgesteld.
De prognose beschrijft de meest waarschijnlijke ontwikkeling, maar er zijn ook onzekerheden. Meer hierover staat in de laatste alinea van dit bericht.
AOW-leeftijd gebaseerd op CBS-prognose
De prognose van het CBS wordt gebruikt om de toekomstige AOW-leeftijd vast te stellen, zoals bepaald in de Algemene Ouderdomswet (AOW, art. 7a). Volgens deze wet is de AOW-leeftijd voor 2024 tot en met 2027 vastgesteld op 67 jaar. En voor 2028 tot en met 2030 op 67 jaar en 3 maanden. Aan de hand van de prognose van de levensverwachting van 65-jarigen in 2031 zal de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de AOW-leeftijd voor 2031 vaststellen.
Sinds begin coronapandemie lagere levensverwachting
De levensverwachting van 65-jarigen steeg van 14,3 jaar in 1950 naar 20,1 jaar in 2019. De toename gaat niet elk jaar even snel. In Nederland, maar ook in andere West-Europese landen, nam de levensverwachting tussen 2012 en 2018 minder snel toe.
Door de hogere sterfte tijdens de coronapandemie daalde de levensverwachting van 65-jarigen in zowel 2020 als 2021 naar 19,5 jaar. In 2022 nam de levensverwachting weer toe naar 19,7 jaar, en in 2024 naar 19,9 jaar. Voor de toekomst wordt verwacht dat de levensverwachting verder toeneemt, tot 21,02 jaar in 2031.
De levensverwachting voor vrouwen is hoger dan die voor mannen. In 2024 was het verschil op 65-jarige leeftijd 2,0 jaar. Mannen hebben weer de levensverwachting bereikt die zij in 2019 hadden, maar vrouwen nog niet.
Meest waarschijnlijke ontwikkeling
Voor de prognose van de levensverwachting gebruikt het CBS een internationaal wetenschappelijk model. Dit model gaat ervan uit dat de dalende trend in sterftekansen in West-Europa op lange termijn doorzet. Daardoor is het model stabieler en hebben tijdelijke veranderingen in Nederland minder effect op de verwachtingen dan wanneer het model alleen van de Nederlandse cijfers gebruik zou maken.
Omdat prognoses altijd onzeker zijn, berekent het CBS prognose-intervallen. Deze geven de bandbreedte aan waarbinnen de prognose zich met een bepaalde waarschijnlijkheid zal bevinden.
De prognose van de levensverwachting is onderdeel van de jaarlijkse bevolkingsprognose van het CBS. Deze beschrijft de meest waarschijnlijke toekomstige ontwikkeling van de Nederlandse bevolking. De Kernprognose 2025–2070 wordt op 16 december gepubliceerd.




















