-Brussel- Vóór zij uitzwermden over de wereld, leerden onze voorouders zich in Afrika aan allerlei omstandigheden aan te passen, van tropische bossen tot woestijnen. Dat was cruciaal om zich nadien met succes over de wereld te kunnen verspreiden, stelt nieuw onderzoek in Nature.
Alle niet-Afrikaanse mensen ter wereld stammen af van dezelfde kleine groep die zich ongeveer 50.000 jaar geleden waagden aan de oversteek van Afrika naar Eurazië. Maar wat minder bekend is, is dat er ook voordien al talloze pogingen waren geweest. Die mislukten echter en lieten geen waarneembare dna-sporen in huidige mensen achter.
Wat maakte die ene oversteek dan wel zo succesvol? In een nieuwe studie in Nature stellen wetenschappers nu dat vroege mensen zich eerst hebben moeten leren aanpassen aan allerlei omgevingen in Afrika zelf. Die aanpassing en flexibiliteit was cruciaal om vervolgens met succes de sprong te maken.
Ultieme generalist
Uit het onderzoek blijkt dat de mens zich al vanaf ongeveer 70.000 jaar geleden begon aan te passen aan verschillende habitats in Afrika, van de equatoriale wouden van West- en Centraal-Afrika tot woestijngebieden zoals de Sahara en de Sahel.
Terwijl ze hun nieuwe Afrikaanse habitats verkenden, verwierven die vroege mensen de flexibiliteit om de verschillende nieuwe omstandigheden aan te kunnen die ze later tijdens hun expansie buiten Afrika tegenkwamen. De wetenschappers vermoeden ook dat sociale netwerken over grotere afstand ontstonden, die meer culturele uitwisseling mogelijk maakten.
En dat proces kan zichzelf versterkt hebben, zeggen de onderzoekers. Naarmate mensen een groter deel van het Afrikaanse continent gingen bewonen, kwamen voorheen geïsoleerde regio’s steeds meer met elkaar in contact, wat leidde tot verdere uitwisselingen van technieken en vaardigheden en mogelijk ook meer flexibiliteit.
Het uiteindelijke resultaat was dat de mens de ‘ultieme generalist’ werd: in staat om een breder scala aan omgevingen aan te kunnen.
Niet de makkelijkste periode
Wat de onderzoekers sterkt in hun mening, is de timing van de succesvolle sprong naar andere continenten. Want de eerdere menselijke migraties vanuit Afrika hebben waarschijnlijk plaatsgevonden tijdens meer gunstige periodes. Toegenomen regenval in het noorden van Afrika zou bijvoorbeeld ‘groene corridors’ gecreëerd hebben om Eurazië binnen te trekken. Toch waren die migraties niet succesvol.
De poging die uiteindelijk succesvol bleek, gebeurde opvallend genoeg in een periode die eigenlijk moeilijker was, zeggen de onderzoekers, wat erop wijst dat mens meer flexibel was en meer uitdagende habitats aankon.