VS-Bisschoppen treuren om dood Kobe Bryant

Leestijd: 2 minuten

De dood van voormalig basketbal-megaster Kobe bryant en zijn dochter zorgen wereldwijd voor groot verdriet. Naast prominenten, sporters en de Amerikaanse president condoleren ook de Amerikaanse Bisschoppen. Bryant was een gelovig Katholiek.

🔊 Lees voor -LOS ANGELES- (1010WINS/KNA) Na de dood van de Amerikaanse basketbal-superster Kobe Bryant rouwen ook de Katholieke Amerikaanse Bisschoppen. “Ik bid voor hem en zijn gezin”, schreef de Aartsbisschop van Los Angeles, José Gomez, op Twitter. “Moge hij rusten in vrede en onze Heilige Moeder Maria zijn dierbaren troosten”, zei de voorzitter van de Amerikaanse Bisschoppenconferentie. De 41-jarige Bryant kwam gisteren om het leven bij een hefschroefvliegtuigongeval nabij Los Angeles. Volgens de politie stierven alle negen inzittenden – inclusief de 13-jarige dochter van Bryant, Gianna. Zijn vrouw Vanessa en drie andere dochters waren niet aan boord.

Hulpbisschop Robert Barron van Los Angeles gaf ook commentaar op de “schokkende” dood van Bryant.”Wij bidden voor de rust van zijn ziel, samen met de anderen die stierven in de helikoptercrash”, zei Barron op Twitter.”Moge de Heer hun zijn genade schenken en hen verwelkomen in zijn hemelse koninkrijk.”

Ik ben katholiek

Kobe Bryant werd beschouwd als een van de beste basketbalspelers aller tijden en speelde tussen 1996 en 2016 voor de Los Angeles Lakers in de Amerikaanse profcompetitie NBA. Gedurende deze tijd won hij in totaal vijf kampioenschappen en twee Olympische gouden medailles. Bryant groeide op in een katholiek gezin. In 2003 werd hij beschuldigd van het verkrachten van een 19-jarige hotelmedewerker, maar het proces werd beëindigd en een buitengerechtelijke schikking werd bereikt. Zijn geloof had hem geholpen deze fase door te komen, zei Bryant. “Het enige dat me echt heeft geholpen in dit proces – ik ben katholiek, ik ben katholiek opgegroeid, mijn kinderen zijn katholiek – was om met een priester te praten,” zei hij destijds tegen het tijdschrift “GQ”.