ANALYSE: Iran, een vermoorde tiener en de stille dood van een protestbeweging

Leestijd: 5 minuten
Dinsdag 7 november 2023 -12:19 uur – Bron: Redactie Wereld/IPS-Karlos Zurutuza – Beeld: Shimaa Bedinzade
  • Protesten na dood Mahsa Amini grotendeels weggeëbd
  • Ook de vele minderheidsgroepen in Iran eisten toen hun rechten op
  • Vertegenwoordigers van verschillende groepen schetsten hun rol in Perzische maatschappij

-Rome- De protesten in Iran in de nasleep van de dood van Mahsa Amini zijn grotendeels weggeëbd, maar de frustraties blijven hoog. Ook veel minderheden in Iran eisen hun basisrechten op, maar worden vooralsnog niet gehoord. “Het zal nog even duren eer de Perzen begrijpen dat ze met ons aan tafel moeten gaan zitten om een beweging op te richten die kans heeft op succes”.

Op 28 oktober overleed de 16-jarige Iraanse tiener Armita Geravand, een maand nadat ze door de politie in de metro van Teheran was geslagen omdat ze de islamitische hoofddoek niet correct droeg.

De dood van Geravand vond plaats 13 maanden na de dood van Mahsa Amini, een 22-jarige Koerdische vrouw die ook werd doodgeslagen nadat ze was gearresteerd in Teheran. Ook zij droeg haar hoofddoek op de verkeerde manier.

De moord op Amini was de aanleiding voor een van de grootste protesten die de Islamitische Republiek Iran sinds haar oprichting in 1979 gezien heeft. Honderdduizenden jonge vrouwen en mannen gingen door het hele land de straat op en scandeerden de slogan “Vrouwen, leven, vrijheid”.

De overheid reageerde met een golf van repressie die resulteerde in honderden doden en duizenden arrestaties tussen 2022 en 2023.

De hoofddoek afdoen in het openbaar, of hem zelfs verbranden, is in heel Iran een symbool geworden om de voortdurende schending van vrouwenrechten aan de kaak te stellen.

Maar de protesten draaiden om meer dan dat, ook de eisen van de minderheden in het land werden kracht bij gezet.

Perzische nationale identiteit

Zowel de vorige monarchie (1925-1979) als de huidige hebben een nationale identiteit opgebouwd van een homogene Perzische samenleving. Daarbij werden de rest van de volkeren van Iran genegeerd.

Zo is het Farsi de enige officiële taal in een land waar elke uiting van een andere identiteit dan het Perzisch verboden is en zelfs bestraft wordt. Maar in feite vormen minderheden de meerderheid in Iran: meer dan 60 procent van de bijna 90 miljoen Iraniërs zijn geen Perzen.

Dit is het geval voor onder meer de Baloetsjen, een volk van ongeveer vier miljoen mensen in het uiterste zuidoosten van Iran, grenzend aan Pakistan en Afghanistan.

Baloetsjen

Het volk heeft vertegenwoordiging in de Free Balochistan Movement, een politieke partij die in Iran verboden is. Shahzavar Karimzadi, een voormalig politiek gevangene, is de vicevoorzitter. De partij vertegenwoordigt Baloetsjen uit drie landen: Iran, Pakistan en Afghanistan.

“We vechten al vele jaren voor onze meest elementaire nationale rechten. We pleiten voor een seculiere, gedecentraliseerde en democratische staat, maar dat betekent niet dat we ons recht op zelfbeschikking uitsluiten”, vertelt Karimzadi over de telefoon vanuit Londen.

Blijkbaar is Iraans Baloetsjistan de enige hoek van het land waar het protest nog niet is weggeëbd. Karimzadi benadrukt dat zijn volk elke vrijdag blijft demonstreren in de provinciehoofdstad Zahedan, “ondanks het geweld waarmee het regime reageert”.

In een rapport van Amnesty International dat op 26 oktober werd gepubliceerd, worden gevallen van foltering van gedetineerden in Baloetsjistan aan de kaak gesteld. Er is ook sprake van massa-arrestaties en foltering van gedetineerde kinderen. De ngo drong er bij de Iraanse autoriteiten op aan om toegang te verlenen aan een VN-missie om mensenrechtenschendingen in verband met het protest te onderzoeken.

De cijfers spreken boekdelen. Hoewel de Baloetsjen in Iran 4 procent van de totale bevolking uitmaken, bleek uit een studie van de Iraanse ngo Iran Human Rights dat 30 procent van de terdoodveroordeelden in 2022 tot deze etnische groep behoorde.

Van de bergen naar de zee

Net als de Baloetsjen zijn ook de Koerden, overwegend soennitische moslims, een bijkomend stigma onder de heersende sjiitische theocratie.

Met een bevolking die wordt geschat tussen de tien en vijftien miljoen, leven de Koerden voornamelijk in het noordwesten van het land, op de grens van Turkije en Irak.

Zilan Vejin, medevoorzitter van de Partij voor een Vrij Leven in Koerdistan (PJAK), herinnert zich tijdens een interview in de bergen tussen Irak en Iran dat de slogan “Vrouw, leven en vrijheid” werd bedacht door de Koerdische beweging tijdens een bijeenkomst in 2013.

“Het protest begon in Koerdistan onder leiding van vrouwen. Van daaruit verspreidde het zich door het hele land omdat het mensen van alle nationaliteiten binnen Iran samenbrengt”, legt Vejin uit.

Volgens de guerrillaleidster zijn oproepen tegen het verplichte gebruik van de islamitische sluier “niets meer dan het excuus voor een opstand die oproept tot vrijheid en democratie.”

Vejin schetst haar politieke project niet alleen voor Iran maar voor de hele regio. Het is een gedecentraliseerd model, “een democratie die van onderaf wordt opgebouwd en die secularisme, gendergelijkheid en het recht van alle volkeren om hun cultuur en taal te ontwikkelen voorstaat.”

Zware onderdrukking

Het zou een oplossing kunnen zijn die ook voor de Ahwazi van Iran aanvaardbaar is.

Zij zijn met ongeveer twaalf miljoen en bevinden zich voornamelijk aan de kust van de Perzische Golf, precies op de grens met Irak. Ze hebben voor hun Arabische taal en cultuur betaald met decennia van onderdrukking, door zowel de vorige als de huidige Iraanse regimes.

Faisal al Ahwazi is de woordvoerder van het Ahwazi Democratisch Volksfront, een van de belangrijkste politieke organisaties van de minderheid. In een telefonisch gesprek vanuit Londen legt al Ahwazi uit waarom zijn volk zich had gedistantieerd van de recente protesten.

“De repressie waaronder we in november 2019 hebben geleden is nog steeds te aanwezig. Toen werden meer dan 200 Ahwazi-betogers vermoord door het regime. Dat protest had geen navolging in de rest van het land en we voelden geen solidariteit naar ons toe”, klaagt al Ahwazi.

Hij betreurde ook “het gebrek aan coördinatie” in de protesten en waarschuwde voor de gevaren die kunnen voortvloeien uit een slecht georganiseerde regimewisseling. “Als de Perzen aan de macht willen blijven, zal er een burgeroorlog uitbreken”, zegt al Ahwazi.

Separatisten

Een van de kenmerken van de laatste golf van protesten in Iran was de hoge participatiegraad van jongeren en hun inzet voor een “horizontale beweging”. Hoewel de afwezigheid van leiderschap vaak als een deugd wordt gezien, zien veel analisten dit als een van de redenen voor het falen van de beweging.

Mehrab Sarjov, een politiek analist en Iranexpert wijst ook op het gebrek aan gemeenschappelijke doelen en plannen. “We weten niet eens wat voor soort land ze voor ogen hebben als de geestelijken er niet meer zijn”, zegt Sarjov.

Hij wijst er ook op dat de Azeri de grootste minderheid van het land vormen, zij hebben goede banden met zowel Turkije als Azerbeidzjan.

“Zelfs als Azerbeidzjaanse, Koerdische, Arabische of Baloetsje autonomisten gewoon vragen om decentralisatie en democratisering van Iran, worden ze door de Perzen altijd bestempeld als ‘separatisten’ en automatisch terzijde geschoven”, legt Sarjov uit.

Bij gebrek aan een inclusief project vanuit de Perzische kern van het land, vormen de minderheden van het land volgens Sarjov “de belangrijkste oppositiemacht tegen de regering”.

Maar er moeten verdere stappen worden genomen.

“Zelfs de meest seculiere en progressieve Perzen erkennen de rest van de volkeren van Iran nog steeds niet. Het zal nog wel even duren voordat ze begrijpen dat ze met hen aan tafel moeten gaan zitten om een beweging op te richten die kans heeft op succes”, concludeert de expert.