-Brussel- De buitenste vaste laag van de aarde ligt bovenop gesmolten gesteente, waardoor die kan bewegen. Telkens wanneer de verdeling van de massa over het aardoppervlak verandert, zoals wanneer ijskappen groeien of krimpen, beweegt deze buitenste laag, en dat heeft een invloed op de rotatie-as.
En dat is precies wat er is gebeurd door de bouw van bijna zevenduizend dammen tussen 1835 en 2011, blijkt uit een studie in Geophysical Research Letters. De massa van al dat water achter deze dammen heeft de polen in totaal ongeveer een meter doen verschuiven en heeft een zeespiegeldaling van 21 millimeter veroorzaakt.
“Doordat we water achter de dammen vasthouden, onttrekken we het niet alleen aan de oceanen, wat leidt tot een wereldwijde zeespiegeldaling, maar verdelen we ook massa op een andere manier over de wereld”, zegt Natasha Valencic, doctoraatsstudent Aardwetenschappen aan de Universiteit van Harvard.
De verschuiving gebeurde in twee fasen, blijkt uit het onderzoek. Tussen 1835 en 1954 werden veel dammen gebouwd in Noord-Amerika en Europa, waardoor deze gebieden richting de evenaar verschoven. De Noordpool verschoof 20,5 centimeter. In de periode daarop, tussen 1954 en 2011, werd vooral in Oost-Afrika en Azië gebouwd, waarbij de pool 57 centimeter (22 inch) is verschoven.
Gedurende de gehele onderzoeksperiode bewogen de polen in totaal 113 centimeter, waarvan ongeveer 104 centimeter in de twintigste eeuw.