Opinie door Stephen Barber, hoogleraar internationale zaken aan de University of East London
- Britse verkiezingsuitslag is democratie die haar fouten rechtzet
- Vorige Conservatieve premiers hebben boter op het hoofd
- Britse electoraat is enorm fluïde geworden en heeft tactisch gestemd
-Londen- Democratieën zijn niet beter dan andere regeringsvormen in het vermijden van catastrofale fouten. Maar ze zijn wel veel effectiever in het herstellen ervan, schrijft hoogleraar Stephen Barber naar aanleiding van de Britse verkiezingsuitslag.
Hoewel de Britse parlementsverkiezingen van 2024 lang op zich lieten wachten, terwijl het land van de ene mislukking naar de andere kronkelde, getuigt de grote nederlaag voor de Conservatieven van het vermogen om een democratisch systeem af te straffen, om te keren en te vernieuwen.
De uitslag legt ook een bijzondere uitdaging op het bord van de nieuwe premier, Keir Starmer. Hij zal beoordeeld worden op zijn vermogen om de regering weer eerlijk te laten besturen en de schade die het land heeft geleden aan te pakken.
Verslagen tot op het bot
Het is gemakkelijk om deze verkiezingen te zien in de traditie van andere grote nederlagen in de recente Britse geschiedenis zoals 1964, 1979 en 1997. Er speelde een gevoel van “tijd voor verandering” mee en de regeringspartij leek uitgeblust. Je kan er een krachtige boodschap aan de Conservatieve partij van Rishi Sunak in lezen, dat de kiezers een afstraffing wilden voor incompetentie, economisch wanbeheer en nonchalance.
Maar het is meer dan dat.
De aftredende regeringspartij, die in 2019 terugkeerde met een overweldigende overwinning, is tot op het bot verslagen. Een generatie politici die lange tijd werd bekritiseerd omdat ze het openbare leven met minachting behandelden, is uit hun ambt en parlement gezet.
Als je even uitzoomt, kun je deze verkiezingen zien als de democratie die haar eigen flagrante fouten rechtzet. Sinds het rampzalige Brexit-referendum acht jaar geleden heeft Groot-Brittannië geleden onder economisch verval en een crisis in de kosten van levensonderhoud (kortstondig verergerd door de rampzalige zogenaamde “mini-begroting” van Liz Truss en Kwasi Kwarteng).
Liz Truss heeft Groot-Brittannië echt in beweging gekregen… weg van haar partij.
Cultuurstrijd
De democratie heeft een regering doorstaan met een lange staat van dienst wat betreft het overtreden van regels, getuige het feit dat het Verenigd Koninkrijk naar de laagste plaats ooit zakte op de Global Corruption Index. Er zijn onbetrouwbare aanbestedingscontracten uitgedeeld, partijdonoren zijn benoemd in het Hogerhuis en er was een aanhoudende aanval op de grondwet, de instellingen en de rechtsstaat. Vermoeiende episodes in de cultuurstrijd hebben gemeenschappen verdeeld en het openbare leven aangetast.
Denigrerende openbare diensten – van onderwijs tot de nationale gezondheidszorg (NHS) tot de strijdkrachten -, crises op het gebied van huisvesting, het klimaat en ongelijkheid zijn onaangeroerd gelaten. Er is schade toegebracht aan de internationale reputatie van het land en de betrekkingen met de naaste bondgenoten van het Verenigd Koninkrijk in Europa zijn onder druk komen te staan.
Wat deze fouten met elkaar gemeen hebben, is dat ze allemaal leiden naar de deur van Downing Street 10 en zijn vier meest recente bewoners. Deze verkiezingen zetten daar nadrukkelijk een punt achter.
Verdubbeling van het electoraat
Jarenlang vanuit de oppositie en zelfs tijdens deze campagne heeft Starmers partij gedanst naar de populistische pijpen van de regering en haar cheerleaders in de media. De uitdaging voor zijn nieuwe regering bij de wissel van de macht is om te erkennen dat deze verkiezingen een keerpunt zijn, een afwijzing van deze lijst van fouten en een verwachting van politieke vernieuwing.
De hamvraag is of deze verkiezing ook een keerpunt zal zijn en de vorm van de Britse politiek blijvend zal veranderen. Zouden we getuige kunnen zijn van de ondergang van de Conservatieve partij en het einde van haar hegemoniale positie in het centrum van het openbare leven?
Het overkwam de voorheen dominante Liberale partij een eeuw geleden, toen die in tweeën splitste en werd vervangen door een nieuwe opkomende Labourpartij. Zo’n verschuiving is natuurlijk zeldzaam en vereist een grote disruptie.
In de jaren na de Eerste Wereldoorlog kreeg Labour de wind in de zeilen met een uitbreiding van het kiesrecht die zo belangrijk was dat het huidige voorstel om 1,5 miljoen 16- en 17-jarigen te laten stemmen onbeduidend lijkt. Plots verdubbelde het electoraat door vrouwen en de 40 procent mannen (uit de arbeidersklasse) die voorheen ook geen stemrecht hadden, stemrecht te geven.
De rode muur
Vandaag zit zo’n aardverschuiving er niet aan te komen (hoewel plannen voor automatische registratie miljoenen kiezers kunnen opleveren). Maar het potentieel voor vergelijking mogen we niet zomaar laten liggen.
De partijtrouw van het electoraat, die al sinds de jaren 1960 afneemt, werd in 2019 op zijn kop gezet toen de Tories van Boris Johnson een groot aantal zetels in de rode muur in de Midlands en het noorden van Engeland wonnen. Voor het eerst waren de Labour-stemmers rijker dan die van de Conservatieven. Labour leed natuurlijk de grootste nederlaag sinds 1935. Er was sprake van een nieuwe politieke breuklijn, waarbij klassentegenstellingen waren vervangen door ‘leavers’ en ‘remainers’.
Dat dit binnen één parlement allemaal is omgedraaid, laat zien hoe ongelooflijk fluïde het electoraat tegenwoordig is. De meer dan verdrievoudiging van het aantal liberaal-democratische parlementsleden bij een vergelijkbaar stemaandeel toont de vastberadenheid van het electoraat om tactisch te stemmen om de Conservatieven te verjagen, ondanks een kiesstelsel dat hen historisch in het zadel heeft gehouden.
Ultieme proteststem
En dan is er nog Reform UK. Nigel Farages voddenzak van een partij is de ultieme proteststem gebleken voor ontgoochelde Tory-kiezers, aangetrokken door de openlijke erkenning dat er weinig of geen zetels gewonnen konden worden, maar hoe hoger het aantal Reform-stemmen, hoe harder de klappen voor de Conservatieven.
Miljoenen meer mensen stemden voor Reform UK dan werd weerspiegeld in hun zetelaandeel. Hoewel er enkele vooraanstaande Tories zijn die hem nog steeds in hun midden zouden verwelkomen, heeft Farage tijdens de campagne misschien zijn hand overspeeld, waardoor de Conservatieven zich defensief opstellen tegenover een rivaal die vastbesloten is om hen te vernietigen.
De tijd zal uitwijzen of de Conservatieven de aanval kunnen afslaan, maar voorlopig zal het psychodrama van rechts een politieke bijzaak zijn van het hoofdgebeuren: een onschuldige nieuwe regering en een vernieuwd parlement.
De parlementaire democratie van Groot-Brittannië heeft deze reeks fouten mogelijk gemaakt die de afgelopen jaren het land zoveel schade hebben berokkend. Maar in deze verkiezing is ze ook heel effectief gebleken om te beginnen aan de rechtzetting van de fouten. Als Starmer een moment heeft om op adem te komen, kan hij dit beschouwen als de belangrijkste reden waarom hij van de kiezer zo’n beslissende meerderheid heeft gekregen.